Prejudiciële vragen: een handige ‘short cut’?

Het komt met enige regelmaat voor dat in een geschil met de Belastingdienst een rechtsvraag van een zeker belang opkomt. Recente voorbeelden zijn de rechtmatigheid van de onbeperkte navorderingstermijn en de verenigbaarheid met EU-recht van de forfaitaire rendementsheffing in box 3.

Tot 1 januari 2016 bestond er in dergelijke gevallen geen mogelijkheid om al tijdens de procedure het oordeel van de Hoge Raad over deze rechtsvraag te krijgen. Dat was een gemis zeker als het financiële belang groot was of als de rechtsvraag een groot aantal belanghebbenden raakte. Vaststond dat een lange en kostbare gang naar de Hoge Raad gemaakt moest worden om duidelijkheid te verkrijgen over de uitkomst van de rechtsvraag. Met de invoering van artikel 27ga AWR 1959 is dit veranderd.

Lees verder in het artikel van mr. P.A. Caljé voor BelastingZaken: Belastingzaken nummer 2 mei 2017 prejudiciele vragen