Douane – bewijskracht OLAF rapport

Op 20 november 2014 oordeelde het Gerechtshof Amsterdam over de bewijskracht van een OLAF rapport. Volgens het rapport zijn fietsen die zijn geïmporteerd van een bepaalde leverancier, van Chinese oorsprong, in plaats van – zoals opgegeven -van Maleisische oorsprong. Daarmee is 48,5% antidumpingheffing ontdoken die  door de Douane wordt nagevorderd.  Het Gerechtshof stelt vast dat – voor wat betreft antidumpingheffing – in beginsel de Douane moet bewijzen dat de fietsen van niet-preferentiële Chinese oorsprong zijn. De importeur stelt (onder andere) dat de gegevens die de Maleisische autoriteiten ter beschikken hebben gesteld niet verifieerbaar is, en de Maleisische autoriteiten bovendien niet uitdrukkelijk hebben ingestemd met de bevindingen van OLAF.  Het Gerechtshof overweegt echter dat bij het rapport een verklaring is gevoegd van de Maleisische autoriteiten waarin wordt verklaard dat de gegevens zijn verstrekt door de bevoegde Maleisische autoriteiten en dat is voldoende. (ECLI:NL:GHAMS:2014:4901) Naar mijn mening moet bewijsmateriaal altijd verifieerbaar zijn. Tegen deze uitspraak is beroep in cassatie ingesteld.